Home Nieuws Erfgoeddag 2023: Beesten in ons erfgoed

Erfgoeddag 2023: Beesten in ons erfgoed

Al twintig jaar toont de cultureel-erfgoedsector zichzelf op de eerste zondag na de paasvakantie van zijn allerbeste kant. Dankzij wisselende jaarthema’s ontstaan er telkens opnieuw boeiende samenwerkingen tussen erfgoedspelers zoals musea, erfgoedcellen, heemkundige kringen en tal van andere partners en sectoren.

In 2023 is het thema van Erfgoeddag Beestig’. Op zondag 23 april zullen er activiteiten plaatsvinden over heel Vlaanderen. De Erfgoedweek van 17 tot 28 april richt zich op scholen.

Beestige muziek en podiumkunsten

Misschien heb je er nog niet bij stilgestaan, maar ook muziek en podiumkunsten hebben een link met dieren.

Beestige muziek

Dieren hebben vaak muziek(teksten) geïnspireerd:

  • Bron-Y-Aur Stomp’ van Led Zeppelin bezingt de merle-hond Strider van Robert Plant;
  • The Lion sleeps tonight’ uit Zuid-Afrika is sinds 1939 een evergreen in alle mogelijke genres;
  • Kat en ik’ van Jan De Wilde;
  • en nog vele andere.

Verwijzingen naar dieren in muziek moet je niet altijd letterlijk interpreteren, het kunnen ook personificaties zijn. Zo gaat Blackbird’ van The Beatles niet over merels, maar over racisme. Soms worden dieren niet letterlijk vernoemd, maar dienden ze wel als inspiratie voor een muziekstuk. Denk maar aan de Kattenfuga’ van Domenico Scarlatti, geïnspireerd door zijn kat Pulcinella die over het klavecimbelklavier liep.

Ook veel kinderliedjes gaan over dieren, zoals Ik zag twee beren’, Door de kamer vloog een vlieg’ en Tien kleine visjes’.

Een andere vorm van muziek die een link heeft met dieren is jachthoornblazen. Binnen de Duitse en Franse traditie onderscheiden we verschillende soorten jachtsignalen. Een daarvan is het eerbetoon aan het wild. Wanneer jagers na afloop het wild volgens bepaalde regels in een tableau presenteren, bewijzen de jachthoornblazers het wild een laatste eer door zowel de waardigheid als manier van bewegen muzikaal weer te geven. Voor elke soort jachtwild bestaat er een typisch muziekstuk.

Koninklijke Jachthoornkring Jagermeesters van Sint-Hubertus Brasschaat v.z.w.

Muziekinstrumenten en geluidsdragers uit dierlijke materialen

Voor het bouwen van muziekinstrumenten worden vaak dierlijke producten gebruikt. Enkele voorbeelden:

  • Dierenhoorns en beenderen worden gebruikt om blaasinstrumenten te maken. Zo wordt de sjofar, die gebruikt wordt in joodse erediensten, gemaakt uit ramshoorn. Bij veel instrumenten is het gebruik van dierenhoorns en beenderen geëvolueerd naar andere materialen, zoals een koperlegering voor jachthoorns en hout of metaal voor fluiten.
  • Ivoor en parelmoer worden gebruikt voor inlegwerk bij verschillende instrumenten. Zo wordt ivoor gebruikt voor toetsen van klavierinstrumenten (zoals de piano en klavecimbel) en worden strijkstokken traditioneel afgewerkt met mammoetivoor op de punt en met parelmoer op de slof.
  • Varkensblazen en dierenvellen worden gebruikt voor slaginstrumenten (zoals djembés en conga’s) en als luchtzak bij verschillende soorten doedelzakken.
  • De snaren van snaarinstrumenten werden ook vaak van dierlijke producten gemaakt. In onze contreien werden meestal darmsnaren gebruikt, in Azië bijvoorbeeld werd ook zijde gebruikt. Gradueel is men overgestapt naar andere materialen, zoals metaal en nylon. Deze evolutie had vooral te maken met praktische redenen: darmsnaren zijn erg gevoelig aan veranderende temperatuur en luchtvochtigheid waardoor ze minder toonvast zijn en gemakkelijk breken. Men kan er over het algemeen ook minder luid op spelen, omdat er minder spanning op staat. Bij instrumenten zoals de viool was er wens naar steeds meer volume waardoor metaalsnaren de voorkeur kregen. Vandaag worden darmsnaren nog gebruikt, onder andere op barokviolen in kader van historisch geïnformeerde uitvoeringspraktijk en op sommige volksinstrumenten, zoals de draailier of de Noorse hardingfele.
  • Als klankkast worden soms dierlijke materialen gebruikt, zoals vroeger het pantser van een gordeldier voor de charango.
  • Het haar dat op strijkstokken gespannen wordt, is lang, wit paardenhaar van hengsten. Dat haar komt vaak van paarden die leven in zeer koude klimaten, zoals Siberië, Mongolië of Canada, waardoor het haar van nature dikker is.
  • Instrumentenbouwers gebruiken vaak beender‑, huid- of vislijm. Dat is een lijm die gemaakt wordt door dierlijke gelatine op te lossen in warm water.

Hoewel volgens de traditie nog vaak dierlijke producten gebruikt worden, zoeken sommige instrumentenbouwers naar synthetische alternatieven.

Niet alleen voor muziekinstrumenten, maar ook voor geluidsdragers werden dierlijke producten gebruikt: tot de komst van vinyl werden de meeste grammofoonplaten geperst uit schellak. Dat is een materiaal dat gewonnen wordt uit de afscheiding van de lakschildluis.

De slof van strijkstokken wordt traditioneel afgewerkt met parelmoer | © Rebekka De Backer

Beestige podiumkunsten

Naast muziek komen dieren ook voor in (muziek)theater- en dansstukken, denk maar aan sprookjes zoals Roodkapje en Peter en de Wolf die regelmatig als theater- of musicalvoorstelling opgevoerd worden, de opera De toverfluit waarin de vogelvanger Papageno uiteindelijk zelf verandert in een vogel, of het ballet Het Zwanenmeer. Soms worden er nog echte dieren gebruikt tijdens voorstellingen, zoals in het experimentele toneelstuk Going to the Dogs (1986) van Wim T. Schippers waarin alle rollen’ worden vertolkt’ door zes Duitse schepers. Maar meestal worden dieren afgebeeld door mensen of aan de hand van poppen, figuren of projecties.

Om echte dieren te gebruiken, werden sommige theaterzalen aangepast. Zo bevindt er zicht nog steeds een paardentrap achter het podium van NT Gent. Deze werd vroeger gebruikt om dieren naar het toneel te leiden.

Paardentrap achter het podium van NT Gent

Beestig circus

Het circus is al sinds het ontstaan nauw verbonden met dieren: de Brit Philip Astley legt de eerste grondvesten van het circus in 1768. Hij richt in Londen het Astley’s Amphitheatre op om er zijn ruiterkunsten te tonen in een ronde piste. Gaandeweg worden er meer nummers van acrobaten, krachtpatsers en clowns bij het paardenspektakel toegevoegd. Ook acts met (wilde) dieren, zoals leeuwen, olifanten en zeeleeuwen, worden populair.

Nu moeten circussen aan bepaalde voorwaarden voldoen om te mogen werken met dieren en zijn er beperkingen welke dieren in een circus gebruikt mogen worden. Er zijn ook circussen die geen nummers met dieren meer vertonen. In deze circussen is er wel nog een piste, als symbolisch bindmiddel met het verleden (De Poorter in Een Belgische kijk op 250 jaar circus, Circusmagazine, 2018). Ondertussen zijn er alternatieven voor het opvoeren van dieren, zoals het werken met nepdieren, machinale dieren (denk bijvoorbeeld aan de olifant van Royal de Luxe in 2006) of hologrammen.

De piste is erg typisch aan het circus | Au cirque © Henri-Gabriel Ibels (1867 — 1936)

Erfgoeddag en -week 2023

07-12-2022

Ook interessant

20 feb. 2024

Onderzoek social dance (folk-, volks- en werelddans)

Neem deel aan ons onderzoek naar folk-, volks- en werelddans en de manier waarop dit doorgegeven kan worden aan de volgende generaties.
Lees meer
20 feb. 2024

Memoranda rond cultuur en kunsten

SARC en oKo publiceerden memoranda met beleidsaanbevelingen rond cultuur en kunsten.
Lees meer
07 feb. 2024

Maak kennis met Mieke en Jeroen

We verwelkomen stafmedewerker immaterieel erfgoed Mieke Witkamp en stagiair scenografisch erfgoed Jeroen Gyselings.
Lees meer
11 jan. 2024

Jachthoornblazen op Fürst-Pless- en Parforcehoorn erkend als immaterieel erfgoed!

Op 10 januari 2024 werd het jachthoornblazen op Fürst-Pless- en Parforcehoorn door de minister van cultuur Jan Jambon opgenomen op de Inventaris Vlaa…
Lees meer