Topstuk voorgesteld: De Goede Doodt van Alexander
Het handschrift dat de volledige tekst van de komedie De Goede Doodt van Alexander bevat, werd in 2014 beschermd als ‘topstuk’. Naast de vijf akten van de komedie zijn een Voorrede, Narede en Tusschenspel opgenomen. Het geheel is voorzien van beschrijvingen van de ‘Spektakels’ in de betreffende akten. In het handschrift is op verschillende plaatsen muziek toegevoegd, die verschillende aria’s en instrumentale werken bevat.
De komedie werd volgens het titelblad in 1706 opgevoerd in het Professenhuis van de Sociëteit van Jezus te Antwerpen (Jezuïeten), ter gelegenheid van het zevenjarig jubileum van de Broederschap van de Goede Dood. De uitvoerders waren volgens de aanwijzingen in het handschrift de jongheit der broederschap onder leiding van de Sociëteit. Voor de muzikale passages werd de medewerking gevraagd van enkele koralen van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Over de eventuele deelname van andere muzikanten (kerkmusici of speellieden) is niets bekend.
Het handschrift maakte gedurende meer dan twee eeuwen deel uit van de historische collectie van de families Van der Straelen – Moons – van Lerius. Wellicht kocht Jan Frans van der Straelen het werk tijdens de openbare verkoop van de bibliotheek van de Jezuïeten die op 26 maart 1779 doorging in het Théatre d’Anvers. Na het overlijden van kunsthistoricus Theodoor van Lerius (1880) werd de collectie geïnventariseerd en geveild in de periode 1884 – 1886. Het handschrift van De Goede Doodt van Alexander werd teruggekocht door Louise Moons, de weduwe van Thedoor van Lerius, en bleef zo binnen de familie.
Belang van het handschrift
Het toneelstuk in handschrift van het broederschap onder leiding van de Antwerpse Jezuïeten is een belangrijke aanvulling van het schaarse bronnenmateriaal omtrent toneelmuziek en muziektheater in de Zuidelijke Nederlanden. Van het oudste bekende voorbeeld, De triomferende min met muziek van Bruggeling Hacquart vervaardigd in 1678 ter gelegenheid van de Vrede van Nijmegen, is niet geweten of het in het Zuiden werd opgevoerd. Voor de tweede helft van de 18de eeuw zijn enkele Nederlandstalige zangspelen bekend waarvan de muziek integraal bewaard werd, onder andere Titon en Aurora uit 1759 en Signoôr in China: ofte de chinêsche Pomona uit 1761. Met het handschrift van De Goede Doodt van Alexander kwam een eerste Zuids-Nederlands muziektheater uit het begin van de 18de eeuw naar boven.
Ook voor het onderzoek naar de toneelpraktijk van de Jezuïeten is dit handschrift van onschatbare waarde. Het aantal volledig bewaarde teksten voor de Provincia Flandrico-Belgica is beperkt tot een zestigtal handgeschreven of gedrukte bronnen. Bovendien zijn al deze teksten in het Latijn. De aanwezigheid van een uitgeschreven tussenspel is voor Vlaanderen een unicum en werpt een verhelderend licht op de zeer beknopte titels of motto’s van tussenspelen in ander Jezuïetentoneel. Bovendien is de toevoeging van meerstemmige muziek zonder meer een internationaal unicum. Dit handschrift vormt nu een betrouwbare en complete bron voor de bestudering van de aanwijzingen over het gebruik van muziek op het toneel van de Jezuïeten. Het handschrift omvat een koorstuk, twee duetten, een solistisch lied, een stuk voor fluit en twee dansen. De librettist en componist zijn onbekend. Op basis van stilistische kenmerken kan de muziek mogelijk toegeschreven worden aan Alphonse D’Eve.
Zowel de beschikbaarheid van gegevens omtrent de uitvoerings- en bewaarcontext als de eigenlijke uitvoeringscontext zijn uitzonderlijk. Wat het Jezuïetentoneel betreft, kunnen slechts een handvol van de (volledige) teksten aan een concreet college en welbepaald jaar gelinkt worden. Van De Goede Doodt van Alexander zijn zowel jaartal als locatie bekend. Dat een broederschap zich inlaat met theater en toneelmuziek is, voor zover bekend, ongebruikelijk. Dat dit gebeurt in coöperatie met de Jezuïeten is eveneens bijzonder. Tenslotte is de geschiedenis van de collectie waar dit handschrift deel van uitmaakt nauwkeurig gedocumenteerd en bieden anekdotisch gegevens een exceptionele inkijk in het ontstaan en de overlevering van particuliere historische collecties.
Het handschrift van De Goede Doodt van Alexander wordt bewaard door het Antwerpse FelixArchief. Het werd volledig gedigitaliseerd en is te downloaden op de website van het FelixArchief.
Deze tekst is gebaseerd op het artikel Uniek Muzikaal erfgoed in familiebezit van Stefanie Beghein, UA.